Het tijdperk van Lodewijk XIV

0
1042
blog placeholder

De rebellie van de ambtsdragers en edelen in de Fronde – de jaren van voortdurende onrust tussen 1648 en 1653 – had bijna een burgeroorlog veroorzaakt en Kardinaal Mazarin (de eerste minister toen Lodewijk XIV minderjarig was) uit Parijs verdreven. De poging van Richelieu om het gezag van de monarchie te herstellen was mislukt. In maart 1661 stierf Mazarin en de jonge Lodewijk, 22 jaar oud, besloot het zonder eerste minister te stellen en zelf daadwerkelijk te gaan regeren. Hiermee herstelde hij het gezag van de kroon en dwong gehoorzaamheid af, zoals men die aan een door god aangestelde koning verplicht was. Hij was vastbesloten om het gezag en de majesteit van de Bourbons in Frankrijk en Europa te herstellen en om een einde te maken aan de wanorde die het door god uitverkorenen koningshuis bedreigde. In Lodewijks binnen en buitenlandse politiek speelde het begrip orde een grote rol. Dit was een ware obsessie voor hem en men kan de resultaten daarvan nu nog in Versailles bewonderen: het paleis, de tuinen en fonteinen zijn volgens de regels van de symmetrie gebouwd en aangelegd. Uitgebreid ceremonieel begeleide de koning van de vroege ochtend tot de late avond. Lodewijk beperkte de macht van de adel, het parlement en van de provenciale en nationale belangengroeperingen die te veel invloed begonnen te krijgen. Door middel van centralisatie herstelde hij het gezag van het hof over de provincie. Vertegenwoordigers van het centraal gezag (intendanten) hielden toezicht op regionale aangelegenheden, terwijl de adel werd onthaald en geamuseerd in Versailles. Orde vereiste ook uitroeiing van de ketterij. De Franse protestanten verloren het recht om hun geloof te praktizeren en werden door de herroeping van het Edict van Nantes in 1685 gedwongen om zich te conformeren of te vluchten.

Buitenlandse politiek:

Op hetzelfde geloof in orde en recht beruste Lodewijks buitenlandse politiek. Hij stelde zich ten diel alle gebieden waar Frankrijk eens aanspraak op had gemaakt, te heroveren en zijn natuuelijke grenzen te herstellen. Lodewijk achte dit gerechtvaardigd, de rest van Europa beschouwde het echter als pure agressie. Oorlog was een kenmerkende toestand gedurende de regering van Lodewijk XIV en vanaf 1667 werden er bijna voortdurend veldtochten gehouden. De Devolutie-oorlog, die betrekking had op Lodewijks aanspraak op de Spaanse Nederlanden, werd in 1667-1668 gevoerd; de oorlog tegen Holland van 1972-1678; de Negenjarige oorlog van 1688-1697 en de Spaanse Successie-oorlog van 1700-1713. De oorlogsbehoefte dwong alle departementen om nieuwe belastingen te heffen en de traditionele taille ( grondbelasting) en gabelle (zoutbelasting) te verhogen.

Economische politiek:

De economische politiek van minister van financien Colbert was ook op de behoeften van de oorlog afgestemd. Frankrijk wilde niet afhankelijk zijn van zijn vijanden, de Hollamders in het bijzonder. Colbert trachte de Franse industrieen – ijzer en textiel – te stimuleren en vooral de productie van luxeartikelen zoals zijde en kant. De goederen uit de landen aan de Middellandse Zee en Oost-Indie werden vaak door de Hollanders naar Frankrijk vervoerd en moesten dan natuurlijk betaald worden. Aangezien in die dagen macht in geld uitgedrukt werd, kon deze vorm van handel drijven door Frankrijk niet getoleteerd worden. Meer handel en industrie betekende meer macht en rijkdom. Deze mercantilistische handelstheorie liep uit op economische oorlogvoering. Colbert voerde toltarieven in om de Hollanders dwars te zitten. De Franse West- Indische Compagnie werd opgericht in een poging de lucratieve handel van de Hollanders met de kolonien over te nemen. Tijdens zijn regering heeft Lodewijk heel wat van zijn plannen kunnen verwezenlijken. Intern was de orde hersteld, gebieden werden veroverd en als Frans bezit erkend, en er werden militaire overwinningen behaald. Colberts nieuwe indutrieen hadden enig succes en Frankrijk kon nu concurreren met de legendarische overmacht van de Hollanders en de Engelsen op het gebied van de handel.

De glorie van het huis van Bourbon werd erkend: Versailles en het Franse absolutisme stonden nu model voor de monarchieen van Europa. Maar dit alles werd bereikt ten koste van veel inspanning in eigen land en van de vijandschap van bijna elke mogenheid in Europa. Aangezien de kosten van de oorlog ongekend hoog werden, raakte de schatkist leeg. Lodewijk had nooit de moed om de adel belasting te laten betalen en er bestond geen kredietsysteem in Frankrijk. Toen Willem van Oranje, stadhouder van Holland, in 1688 koning van Engeland werd, kwamen de indrukwekkende zeemachten en geldmiddelen van de machtigste handelsnaties ter wereld ter beschikking van Lodewijks bitterste vijand. Doordat de oorlog voortduurde en het aantal nederlagen toenam, sloeg de stemming in Frankrijk om. De arme boeren, die genoeg hadden van de hoge belastingen, kwamen in opstand. De adel ageerde tegen de weelde en eerzucht van de Bourbons. In zijn absolutisme symboliseerde Lodewijk de mogelijke kracht, maar ook de beperkingen van een autocratisch gezag. De tijdens zijn bewind ontstane spanningen zouden zich in de Franse Revolutie ontladen.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here