De zomer is het fruitseizoen.Vanaf eind april zijn er veel vruchten verkrijgbaar. Zoet of zuur en heerlijk sappig. De vruchten zien er erg aanlokkelijk uit met hun mooie rode, groene of oranje velletje. Er zijn verschillende manieren om fruit te verwerken. Maak eens een lekkere smoothie of jam, sap, fruitsalade of een vruchtentaart.
Voorbeelden van zomerfruit zijn:
Appels, peren, bramen, bessen, (rode en zwarte) kruisbessen, bosbessen, aardbeien, frambozen, kersen, perziken, nectarines, pruimen, druiven, meloen, bananen, abrikozen, citroenen, kiwi en mango.
De meeste mensen eten niet genoeg fruit. Ze vinden dat het te veel tijd en moeite kost om het klaar te maken. Maar gelukkig kunnen we tegenwoordig bakjes met vers gesneden fruit kopen hoewel dit wel prijzig is. We hoeven het dan alleen nog maar te consumeren.
Wanneer je fruit koopt let dan goed op. Als het fruit hard is dan is het meestal nog niet rijp. Even een paar dagen op de fruitschaal laten liggen. Als het fruit licht geurt en zachter is dan kan het worden gegeten. Wacht er niet te lang mee want het is gauw overrijp en dat komt de smaak ook niet ten goede. Bessen moeten er mooi en stevig uitzien. Na de aankoop meteen in de koelkast leggen. Vers fruit kun je vaak ook bij de boer kopen. Dan weet je zeker dat het vers is.
Bessen kun je gebruiken voor:
Blauwe bes – vers opeten of verwerken in jam, compote, sap of fruitsalades.
Bosbes – Deze kunnen gebruikt worden in taarten, siroop, jam compote of wijn en als garnering voor toetjes.
Aalbes – vers opeten of verwerken in fruitsalades, jam of nagerechten.
Kruisbes – Deze kunnen gebruikt worden voor taarten, pudding en vlaaien. Ze kunnen ook vers worden gegeten.
Vitamines
In fruit zit veel vitamine C. Aardbeien bevatten per 100 gram zelfs meer dan een sinaasappel.
In frambozen zitten meer antioxidanten dan in tomaten of broccoli. (Antioxidanten zijn stoffen die het lichaam beschermen tegen stoffen die schadelijk zijn. Dit zijn de zogenaamde vrije radicalen.
Biologisch telen
Biologisch geteelde producten zijn niet anders dan de gangbare. Allen de manier van groeien, telen, kweken, bestrijden en produceren is anders. In het productieproces wordt zoveel mogelijk met natuurlijke materialen en op een natuurlijke manier gewerkt. Met moderne productiemiddelen maar zoals het vroeger ook gedaan werd. Het is erop gericht om ziektes en plagen te voorkomen. Dit is anders bij de gangbaar geteelde producten. Op het moment dat daar beestjes in de oogst voorkomen wordt het bespoten. Hierdoor komt het gif niet alleen op het gewas terecht maar ook in de bodem en het water waardoor de gifstoffen weer in de voedselketen terecht komen. Biologische teelt is milieuvriendelijker.
Natuurlijk kun je al het fruit in de winkel kopen maar het is ook leuk om het zelf te kweken. Ook als je niet zon grote tuin hebt. Aardbeien kun je bijv. in een hanging basket planten en ergens ophangen. Lekkere zelfgeplukte verse aardbeien bij het ontbijt of de lunch. Er zijn ook kleine boompjes verkrijgbaar. Die zijn heel geschikt voor de kleinere tuin.
Soorten fruitbomen zijn:
Leibomen, hoogstam, halfslag of laagstam (struik)
Enkele kenmerken hiervan zijn:
Hoogstam – De stamlengte is ongeveer 2meter dus je kunt er goed onderdoor lopen.
Ze zien er mooi uit in het landschap.
Deze bomen geven pas na 10-15 jaar vruchten.
Je hebt een ladder nodig voor het onderhoud en het plukken van de oogst.
Halfstam – De lengte van de stam is ongeveer 1.50 m. Je kunt er nog onderdoor lopen.
Deze bomen worden het meest gebruikt
Je hebt geen ladder nodig voor het onderhoud en het oogsten van de vruchten.
Laagstam of struik – De stamlengte is ongeveer 50 cm. Je kunt er dus niet onderdoor lopen.
Ze zijn geschikt voor de kleine tuin.
Je kunt zo bij de vruchten.
Kindvriendelijk
Je moet oppassen met insnoeien
Nog enkele suggesties:
– Een smoothie maken kan op veel verschillende manieren.
100 gram koud fruit met 200ml yoghurt pureren met een staafmixer. (Dit kan ook met
karnemelk of melk) evt. wat honing erbij.
– Bij een barbecue is het leuk om kleine stukjes fruit aan spiesjes te steken.
– Een fruitcoktail – meng verschillende fruitsoorten door elkaar zoals banaan, kiwi, appels, rode bessen en aardbeien. Schenk er wat witte wijn of appelsap bij.
– Fruitschelpjes – De schepjes kun je kopen bij de supermarkt. Je vult ze met fruit naar keuze zoals bijv. aardbeien, kersen of gemengde vruchten. Eventueel garneren met slagroom.
– Fruitwraps – 4 pers. 4 pannenkoeken, 400 gram fruit zoals meloen, aardbei, kiwi, kersen, banaan, mango, appel, druiven, een beetje citroensap, poedersuiker, servetten, bordjes.
Het fruit wassen, schillen en in stukjes snijden. Banaan en appel besprenkelen met citroensap. Het fruit mengen. De pannenkoekjes verwarmen in de magnetron en oprollen tot een hoorntje. Fruit erin scheppen. Servet om de pannenkoek wikkelen. Serveren op een bordje.
